Bij de doopdienst

·

Wat was het zondag een feest: de dienst waarin Anele werd gedoopt! Met een kerk vol grote mensen en kinderen samen zingen, bidden, de doop beleven en horen over God… Wat bijzonder om dit zo samen mee te maken, met familie, vrienden en de gemeente.

Renate las met ons Psalm 139 in het Afrikaans, uit de bijbel die Anele meekreeg vanuit het kindertehuis waar hij woonde. Deze psalm was voorin gezet: deze psalm over het wonder van ons bestaan. In de Bijbel staat dat wij als gelovigen geadopteerd zijn door God, en door adoptie Zijn kinderen geworden zijn. Daar las Zamo over uit Galaten 3: 26 – 4:7.  

Hoe worden wij kind van God? Dankzij Jezus, wat Hij gedaan heeft voor ons, wil God ons adopteren. Onze relatie met God is dus een relatie door adoptie. Dat is niet een origineel nieuw idee van Paulus. Adoptie is een grondpatroon in de Bijbel. Mozes wordt geadopteerd door de dochter van Farao. Via hem gaat God het volk bevrijden uit de slavernij en adopteert Hij dit volk: Hij neemt Israël aan als eerstgeboren kind. Jezus werd ook geadopteerd: door Jozef. Door Jezus bevrijdt God ons van zonde en dood en neemt Hij ons aan als Zijn kind.

Op meerdere plekken in het NT komt het thema van adoptie terug. Zoals hier in Galaten. Wat betekent die adoptie? Door die adoptie worden wij kind van God. en God wordt daardoor onze Vader. En zo mogen we Hem aanroepen. Net zoals Jezus deed. Zo nabij. Zo intiem. Hier en nu. En het betekent iets voor de toekomst: dat we erfgenamen zijn. Erfgenamen van het eeuwige leven bij Hem. Adoptie is ook onomkeerbaar. Als je een kind adopteert, kun je daar niet meer op terugkomen. Je kunt niet zeggen: nou, ik voelde het toen zo, toen heb ik hem geadopteerd. Nu voel ik het niet meer zo, nu draai ik het terug. Adoptie kun je niet op terugkomen. God wil er ook niet op terugkomen. God kiest voor ons. En Hij wil niets liever dan dat wij voor Hem kiezen. Hij geeft ons de vrijheid om voor Hem te kiezen. Hij wacht op ons antwoord. Hij telt de seconden tot we ‘ja’ zeggen tegen Hem. Die adoptie van ons wordt officieel in de doop.  De doop betekent: God neemt ons aan tot Zijn kinderen. 

En wat doen wij dan? Wij omkleden ons met Christus. ‘U allen die door de doop één met Christus bent geworden, hebt u met Christus omkleed’ (Gal. 3:27). Je hebt je met Christus omkleed. Denk daaraan, bijvoorbeeld als je je kleren aantrekt. Als je kleding aandoet, zorg je dat het om je heen blijft zitten, dat het stevig zit, en niet zomaar afvalt. Doe Christus aan, net zoals je je broek en je shirt aan doet, of je jurk, of je jas. Je voelt het. Je denkt er aan.  Christus is net zo dichtbij als de jas die we aanhebben, nee, nog dichterbij… Soms vergeten we wel eens wat in onze dagelijkse routine. Onze sleutels bijvoorbeeld. Maar we vergeten toch nooit om onze kleren aan te trekken. Vergeet Christus niet. Ga niet de deur uit zonder Hem. Je bent gedoopt. Je hoort bij Hem. Herinner jezelf daar. Herinner je kinderen daaraan. Bijvoorbeeld door het maken van het kruisteken op je eigen voorhoofd, en op het voorhoofd van je kinderen. Je bent omkleed met Christus.